Sarahs kunst in de Oude Kerk in Amsterdam
Sarahs atelier is op de tweede verdieping van een oude lagere school.
Het briefje aan de buren
Het atelier kijkt uit op misschien wel het stilste stukje van het centrum van Amsterdam: Prinseneiland.
‘Spreken is zilver, zwijgen is goud’
'De tristanians zagen de flessen niet aan voor wat ervan gezegd wordt dat het is, maar juist voor alles wat het nog zou kunnen worden. Daar ben ik op voortgegaan.’ ’
Binnenkijken bij kunstenaar Sarah van Sonsbeeck (1976)
‘In stilte zit veel meer dan je denkt’
Tekst & foto's van Koos de Wilt voor Collect
Het atelier van Sarah van Sonsbeeck, op de tweede verdieping van een oude lagere school, kijkt uit op misschien wel het stilste stukje van het centrum van Amsterdam: Prinseneiland. Vanuit een oud klaslokaal is er een wijds uitzicht op een historisch bruggetje en een yogaschool aan de overkant. Waar het stadsleven op enkele honderden meters uit alle gaten tettert, heerst hier serene stilte. Dat was dertien jaar geleden wel anders toen de kunstenaar woonde en werkte op een kleine etage op de Amsterdamse Overtoom met bovenburen waar ze langzamerhand gek van werd. Van Sonsbeeck: ‘Ze speelden de hele dag keiharde muziek, ze schreeuwden, vochten en hadden wilde seks om het weer goed te maken. Toen ik ze erover belde, erkenden ze dat ze uitbundig waren, maar zeiden ook dat ze recht hebben op een leuk leven. Daar hadden zij dan weer gelijk in, dacht ik. Maar ik bedacht me tegelijkertijd: dat heb ik ook.’
Aan de muur hangt, keurig ingelijst nog het briefje dat ze vervolgens bij de buren in de bus deed. De kunstenaar had berekend hoeveel procent ze met hun herrie van haar woning innamen en dat was tachtig procent. Of ze dan ook maar tachtig procent van de huur wilden betalen. De kunstenaar kreeg geen antwoord.
Stilte
Sarah van Sonsbeeck vertelt dat ze ooit architect was geworden en daar niet echt haar draai in kon vinden. ‘Mijn ouders vonden het wel een goed idee dat ik een echt vak leerde. Het bleek een beroep waar midden in de crisis niemand op zat te wachten. Het was mijn passie ook niet.‘ Uiteindelijk besloot ze zich in te schrijven voor een avondopleiding bij de Rietveldacademie en nam daarvoor haar tekenmap mee. Ze werd afgewezen en kwam erachter dat ze heel andere dingen mee moest nemen om daar aangenomen te worden. Tekenen doet ze nog steeds graag, maar houdt ze privé. Op de Rietveld aangenomen waren er de lastige buren, maar met haar studie ging het ook niet geweldig: ‘Op het moment dat ik oranje licht kreeg op school, een teken dat je dreigt te worden weggestuurd, liet ik het briefje zien dat ik naar mijn buren had gestuurd. Dat vonden ze geweldig! Dáár moest ik mee doorgaan.’ Stilte werd haar onderwerp. Haar afstudeerscriptie ging vervolgens over mentale ruimte en haar afstudeertentoonstelling werd tien minuten herrie verpakt in het verlaagde plafond van de Rietveld.
'Stilte betekent voor iedereen iets anders.’
‘Stilte zegt op zichzelf niks, het is niks, maar het zegt alles over de persoon die het ervaart,’ vertelt de kunstenaar. Voor haarzelf kan haar muze, de stilte, behoorlijk beangstigend zijn. ‘Ik ben een keer in een ruimte geweest waar ze kunstmatig al het geluid hadden weggehaald. Ik hoorde alleen nog geklop en dat bleek mijn eigen bloedsomloop te zijn. Dat vond ik heel beangstigend. Alsof ik in mijn lichaam was opgesloten. In 2015 vroeg Joost Zwagerman mij mee te doen aan een tentoonstelling over stilte bij Kranenburgh in Bergen. Ik weet nog dat we er toen lang over gesproken hebben, maar was me toen helemaal niet bewust dat zijn stilte ging over de dood. Stilte betekent voor iedereen iets anders.’
Architectuur en goud
De omgeving bepaalt altijd mede wat Van Sonsbeeck maakt. Nu, in deze oude schoolklas, merkt ze dat haar objecten groter worden. Vorig jaar richtte ze de Amsterdamse Oude Kerk in voor een tentoonstelling, ook groot. ‘Toen ben ik mij pas echt bewust geworden hoe ik in mijn kunst de omgeving altijd meeneem.’ Over de gehele vloer van de kerk legde ze honderden vellen goud, het folie waarin vluchtelingen en drenkelingen worden verpakt nadat ze zijn gered. Bezoekers konden ertussen wandelen. Met dit flinterdunne, opzichtige materiaal reflecteerde de kunstenaar op de vluchtelingencrisis en de eeuwenoude kerk die sterk verbonden is met het vaak dramatische verleden met water.
Van Sonsbeecks werk gaat over stilte, toeval en de schoonheid van mislukkingen.
Veel van de werken in het atelier zijn van goud. Ingelijste gouden vellen papier waaronder nog verborgen aantekeningen. Een plas goud die op een trap zal komen te liggen van een kunstverzamelaar. Eerder legde ze zo’n plas op de trappen bij de Nederlandsche Bank. Het spreekwoord ‘Spreken is zilver, zwijgen is goud’, suggereert volgens de kunstenaar dat goud en stilte als goed worden gezien maar stilte kan ook censuur zijn en verbonden met dingen die verborgen moeten blijven. De kunstenaar wijst naar een soort een soort sterrenhemel die op de grond staat, ‘Mistakes I've made and remade’. Van Sonsbeeck: ‘Bij dit werk waren er per ongeluk gouden snippers op de zwarte ondergrond gevallen. Dat zwart had ik gebruikt omdat dit materiaal electromagnetische straling blokkeert. Ik merkte dat de snippers erop prachtig werkten. Ik probeer steeds te kijken hoe ik de omgeving onderdeel kan laten zijn met wat ik maak.’ Van Sonsbeecks werk gaat over stilte, toeval en de schoonheid van mislukkingen. ‘Ik werk nu in opdracht van een particulier met spiegels zoals ik die in São Paulo zag toen ik daar een tijdje verbleef. Dat was glas waar je maar van een kant door kunt kijken en waar het aan de andere kant een spiegel is. Op Art Basel zag ik dat bezoekers even keken hoe hun haar zat in die spiegels. Dat vond ik interessant.’
Andere betekenissen
Objecten krijgen een nieuwe betekenis door hoe mensen ernaar kijken, legt Van Sonsbeeck uit. Ze loopt naar drie hangende zuurstofflessen in het atelier en slaat met een hamer op een van de flessen. ’Die flessen waren aangespoeld op het het zeer verafgelegen eiland Tristan da Cunha. De eilandbewoners gooiden de flessen niet weg, maar gebruikten er enkele als gong om te waarschuwen voor brand en om te melden wanneer er weer gevist kon worden. De tristanians zagen de flessen niet aan voor wat ervan gezegd wordt dat het is, maar juist voor alles wat het nog zou kunnen worden. Daar ben ik op voortgegaan.’
Toeval, de omgeving, alles kan belangrijk zijn voor de kunstenaar. Dat kan dus de Oude Kerk zijn, de oude gewelven van het Catharijneconvent of de imposante ontvangstzaal van een projectontwikkelaar. Toen ze lang geleden een doorzichtige vierkante meter kubus stilte maakte en in het gras naast Museum De Paviljoens in Almere plaatste, werd het door vandalen kapotgeslagen. Daardoor werd de stilte letterlijk gebroken waardoor het werk beter werd, vond ze. Zo werkt ze nog steeds. ‘Toen ik vorig jaar in Drenthe meedeed aan een tentoonstelling van kunstcriticus Hans den Hartog Jager liepen er bij het oefenen van de openingsperformance op mijn verzoek honderden schapen rondom de hunebedden. Op dat moment kwam er een net getrouwd stel voorbij in een lange witte limousine om zich in vol ornaat te laten fotograferen bij de hunebedden. Ze vroegen toen of ze mijn werk mochten gebruiken voor de foto's en maakten er een waarbij het lijkt alsof de vrouw in haar bruidsjurk onder de motorkap een reparatie uitvoert en de man toekijkt zittend op een bronzen meteoriet die ik voor bij de hunebedden had gemaakt.’
CV
Sarah van Sonsbeeck (1976) studeerde architectuur aan de TU Delft (MA) en deed een bachelor visuele kunst aan de Gerrit Rietveld Academie. Van 2008 tot 2009 was ze een van de residenten van de Rijksacademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam. Haar werk was onder andere te zien in De Oude Kerk in Amsterdam (2018), in het Catherijneconvent in Utrecht (2018), bij galerie Annet Gelink, Amsterdam (2017 & 2013); de Nederlandsche Bank, Amsterdam (2013); Boijmans van Beuningen, Rotterdam (2013); Van Abbemuseum, Eindhoven (2012); Museum Abteiberg, Mönchengladbach (2011); De Paviljoens, Almere (2009) en Stedelijk Museum, Amsterdam (2009). Galerie Annet Gelink vertegenwoordigt de kunstenaar.
[2019]