Robert-Jan de Jonge, handelaar in antieke kaarten
‘Door een kaart maken mensen tastbaar waar ze vandaan komen’
Tekst en foto’s van Koos de Wilt voor COLLECT
‘Waar het in mijn handel over gaat is de juiste kaart te vinden voor de juiste klant. Hoe mooi ook, kaarten van bijvoorbeeld kleine plaatsen als Harlingen zijn minder in trek dan kaarten van Amsterdam, Batavia, New York of Philadelphia. Een kaart van Harlingen kost zo’n driehonderd Euro terwijl de wandkaart Vogelvluchtkaart van Amsterdam uit 1544 van de beroemde zestiende-eeuwse Amsterdamse kaartenmaker Cornelis Anthonisz bij een handelaar op TEFAF driehonderdduizend euro zou kunnen opbrengen. Zo’n kaart kan het wel waard zijn, maar die heb je nog niet zo een twee drie verkocht. Je moet er wel een koper voor zien te vinden. Dat is nog niet gebeurd. Een mooi verhaal is dat van de wandkaart van Balthasar Florisz van Berckenrode. Zo’n zes jaar geleden werd deze kaart bij veilinghuis Bohams geschat op vijf- á zevenduizend Pond inclusief opgeld en uiteindelijk verkocht voor 92.500 Pond.’
‘De namen van de Noordzee of de Zuiderzee laten zien dat Nederlanders hun kaarten eerder een kwartslag gedraaid zagen.’
Robert-Jan de Jonge van Inter-Antiquariaat Mefferdt & De Jonge zit sinds 2004 in de handel, maar een winkel heeft hij niet. De Jonge: ‘Het is een besloten antiquariaat, wat het voordeel heeft dat het eigenlijk altijd open is. Bij uitlaten van de hond of als toeristische route door Amsterdam kunnen mensen mij bellen en hier langskomen. Ik sta in normale tijden op twee beurzen, op PAN en op Art Breda en nog een derde evenement. In 2020 was dat de Amsterdam Art & Antiques Week. Maar tegenwoordig gaat veel handel via het internet. Daar verkoop ik aan mensen die gericht iets zoeken en daarmee mis ik wel de toevallige bezoekers die op een beurs ineens prenten zien van bijvoorbeeld de stad of gebied waar ze wonen of zijn geboren.’
Net als veel kunsthandelaren trad De Jonge in de voetsporen van zijn vader. ‘Mijn vader was een traditioneel antiquaar, hij verkocht atlassen, zeldzame boeken en kaarten, ik noem me zelf ondernemer die doet in kunst op papier, kaarten en stadsgezichten, gedrukt of getekend. Mijn meeste handel zit in Nederlands cultureel erfgoed. Het begint ongeveer bij 1580 en houdt op bij Eerste Wereldoorlog. De goedkoopste zijn zo’n 750 euro. Als je bij mij een kaart koopt, krijg je een levenslange garantie dat je daadwerkelijk hebt gekocht wat ik heb gezegd dat het is. Die garantie heb je niet als je iets bij een online veiling koopt. Mijn vaste kopers zijn vaak mannen boven de 45 jaar met vaak een technische achtergrond, maar de incidentele koper, die op een beurs een stad of gebied herkent waar hij iets mee heeft, kan iedereen zijn.’
Kaarten van Blaeu
Nederland heeft een rijke geschiedenis met kaarten. Na de Val van Antwerpen in 1585 kwam heel veel kennis en kapitaal naar het noorden. Overzeese handel werd hier belangrijk en in de havens, zoals in die van Amsterdam, waren kaarten nodig. Maar kaarten waren niet alleen voor schepen, ze waren overal te zien in Nederland. Er spreekt trots uit. Op schilderijen van Vermeer bijvoorbeeld kun je nog zien dat men kaarten graag aan de wand hing. Kaarten hingen in etalages van boekhandels en in het Amsterdamse stadhuis, het tegenwoordige Paleis op de Dam, lag en ligt er zelfs een enorme wereldkaart op de vloer. De Jonge: ‘In met name Amsterdam werden al die kaarten, prenten en atlassen gemaakt en gedrukt oplagen van vele duizenden. Als je mensen vraagt naar oude kaarten weten ze vaak wel de naam van Blaeu te noemen. Het verhaal gaat dat je voor de prijs van een exemplaar van De Atlas Maior, de meerdelige wereldatlas uit 1662, een grachtenpand kon kopen. De firma Blaeu was goed in marketing en maakte ook heel veel mooie kaarten en atlassen. De oplages waren groot, en doordat veel kaarten onderdeel waren van boeken, van atlassen, is veel bewaard gebleven. Daarom is nog heel veel op de markt van de firma Blaeu, Visscher, Abraham Ortelius. We weten dat er zo’n vijfhonderd afdrukken konden worden gemaakt van een koperen plaat. We dachten daarom dat de oplages van atlaskaarten ook in die aantallen lagen. Nu blijkt het dat oplages van atlaskaarten soms wel duizenden exemplaren betrof. Los uitgegeven kaarten, waaronder wandkaarten, of kaarten die niet standaard in atlassen werden opgenomen, kwamen in veel kleinere oplages voor. Van zeventiende-eeuwse wandkaarten, en zeker wandkaarten van Blaeu, zijn er maar weinig over, veel grote kaarten gingen aan vochtige muren in ruimtes waar het altijd tochtte en waar de bewoners flink rookten, de haard opstookten en kaarsen brandden, veel wandkaarten hebben het dus niet overleefd.’
Robert-Jan de Jonge rolt een wereldkaart open van Gobert-Denis Chambon, Jean Janvier, S.G. Longschamps uit 1754
Waar moet je op letten bij de beoordeling van een kaart? ‘Ik kijk naar zaken als het formaat, de kwaliteit van het papier, de staat en de kleuren. Ook de titel en de naam van de kunstenaar en uitgever zijn belangrijk.’ De Jonge laat een kaart van Rotterdam zien die is gemaakt in 1800. ‘Dat was de eerste nieuw opgemeten kaart van Rotterdam na meer dan honderd jaar. In de tussenliggende periode waren kaarten steeds gebaseerd oudere kaarten zoals de laatste kaart van 1694. Nederland was na zeventiende eeuw verarmd en het heeft dus zo lang geduurd dat er een nieuwe, dure kaart is gemaakt. In de tijd van Napoleon werd kadastrale informatie belangrijker en dat zie je terug op de kaarten. Ze zijn preciezer, zien er wat wiskundiger uit, maar zijn daarmee niet per se beter te verkopen. Het is overigens pas sinds deze Franse Tijd dat de Waddeneilanden boven liggen op de kaarten. De namen van de Noordzee of de Zuiderzee laten zien dat Nederlanders hun kaarten eerder een kwartslag gedraaid zagen.’
Op de kaart wordt de geschiedenis van de geografie beschreven met in de hoofdrol de Franse geografen.
Franse wereldkaart
Na even zoeken tussen vele kaarten vindt De Jonge een Franse wereldkaart uit 1754 en rolt die open over de tafel. Het is een enorme wandkaart met twee hemisferen met rondom afbeeldingen van Bijbelverhalen zoals die van Adam en Eva, de Ark van Noach en de toren van Babel. De Jonge: ‘De kaart laat zien hoe de kennis over de wereld zich ontwikkelde. Naarmate de tijd voortschrijdt komt het kaartbeeld beter overeen met de werkelijkheid. De wereld die we zien op de twee bollen is afgeleid van de kaarten die de Nederlanders maakten, en is de laatste toen bekende informatie van de wereld nog niet opgenomen in het kaartbeeld. De kaart bestaat uit twee hemisferen, de ene, gedragen door Hercules, en de ander gedragen door Atlas. Op de bollen zijn de ontdekkingen van vooral Franse ontdekkingsreizigers aangebracht. Ook wordt de geschiedenis van de geografie beschreven met in de hoofdrol de Franse geografen, zoals de zeventiende-eeuwse cartograaf Nicolas Sanson. Daarnaast is er plek voor de Griekse pionier Claudius Ptolemaeus en de Vlaamse cartograaf Abraham Ortelius, de uitvinder van de moderne atlas en de zestiende-eeuwse Vlaming Gerard Mercator, de cartograaf door wiens globes de navigatie aanzienlijk makkelijker werd gemaakt. Deze wandkaart was een pronkstuk dat in de hal of bibliotheek hing. De kaart liet zien dat je zoiets bijzonders niet alleen kon veroorloven, maar ook dat je een man van de wereld was. En dat is het nog steeds. Ik vraag hier 17.500 euro voor. Een Nederlandse kaart zou zomaar vijftigduizend opbrengen.’
Wereldkaart – Gobert-Denis Chambon, Jean Janvier, S.G. Longschamps, 1754
‘Mappe Monde, contenant les Parties Connues du Globe Terrestre’
Kopergravure naar het werk van Guilaime De L’Isle, uitgegeven in 1754 door Jean Janvier en S.G. Lonschamps, later met de hand gekleurd, Afmeting: ca. 119 x 148 cm
[2020]